U kunt Windows Media Services gebruiken om audio- en video-inhoud via het Internet of een intranet naar clients te verzenden. Clients kunnen computers of apparaten zijn die de inhoud afspelen met behulp van een speler zoals Windows Media Player, of computers waarop Windows Media Services wordt uitgevoerd (deze worden Windows Media-servers genoemd), die de inhoud in de proxy of de cache plaatsen of opnieuw distribueren. Clients kunnen ook aangepaste toepassingen zijn die met de Windows Media Software Development Kit (SDK) zijn ontwikkeld.
Configureer deze server als een server voor mediagegevensstromen als u met deze computer audio- en videostromen beschikbaar wilt maken voor clients en andere Windows Media-servers.
Opmerkingen
In dit onderwerp wordt beschreven welke basisstappen u moet uitvoeren om een server voor mediagegevensstromen te configureren. Als u de basisstappen hebt uitgevoerd, kunt u, afhankelijk van hoe u de server voor mediagegevensstromen wilt gebruiken, aanvullende configuratietaken uitvoeren.
In deze sectie komen de volgende onderwerpen aan bod:
Voordat u begint
Een
server voor mediagegevensstromen configureren
Volgende
stappen: aanvullende taken uitvoeren
Voordat u de computer als server voor mediagegevensstromen configureert, moet u de volgende punten controleren:
Als u een server voor mediagegevensstromen wilt configureren, kunt u de wizard Deze server configureren op een van de volgende manieren starten:
Klik op de pagina Rol van server op Server voor mediagegevensstromen en klik op Volgende.
In deze sectie vindt u informatie over het volgende:
Samenvatting van
gemaakte keuzes
De wizard Deze server
configureren
De configuratie van de functie van server voor mediagegevensstromen voltooien
De functie van server voor mediagegevensstromen verwijderen
Klik op Volgende om de selecties op de pagina Samenvatting van gemaakte keuzes toe te passen. Nadat u op Volgende hebt geklikt, wordt de pagina Onderdelen configureren van de wizard Windows-onderdelen weergegeven en automatisch weer afgesloten. U kunt op deze pagina niet op Vorige of Volgende klikken.
Nadat u op de pagina Samenvatting van gemaakte keuzes op Volgende hebt geklikt, wordt Windows Media Services geïnstalleerd door de wizard Deze server configureren. In tegenstelling tot vele andere services, is bij de installatie van Windows Media Services geen tussenkomst van de beheerder vereist.
Opmerking
De server voor mediagegevensstromen ondersteunt vele scenario's, die uitgebreid worden besproken in de Help van Windows Media Services. Zie Scenario's in de Help bij Windows Media Services voor meer informatie. Voor de meeste scenario's moet u een bestaand publicatiepunt opnieuw configureren of een nieuw publicatiepunt maken. U moet een of twee beslissingen maken en de resultaten hiervan bepalen welke van de drie belangrijkste publicatiepuntconfiguraties u moet gebruiken. In de volgende tabel wordt aangegeven hoe de beslissingen zijn gerelateerd aan configuraties.
U wilt |
Met deze verbinding |
Gebruik dan deze publicatiepuntconfiguratie |
---|---|---|
Het afspelen laten bepalen door clients. |
Eén serververbinding per client. |
|
Het afspelen niet laten bepalen door clients. |
Eén serververbinding per client. |
Unicast broadcast |
Het afspelen niet laten bepalen door clients. |
Eén serververbinding per client die wordt gedeeld door alle clients. |
Multicast broadcast |
Het bepalen van het afspelen houdt in dat de client het afspelen moet
kunnen starten, stoppen, onderbreken, terugspoelen en vooruitspoelen. Met
Als het afspelen niet wordt bepaald door de client, heeft de gebruiker een ervaring die vergelijkbaar is met het kijken naar een televisieprogramma. Voor dit type afspelen is een broadcast-publicatiepunt vereist. Dit type publicatiepunt distribueert eerder opgenomen en live-inhoud. Wannneer u de functie van server voor mediagegevensstromen toevoegt, maakt de wizard een broadcast-publicatiepunt aan met de naam Sample_Broadcast met voorbeeldinhoud. U moet dit voorbeeld intact laten en een nieuw broadcast-publicatiepunt maken. Zie Serververbindingen als u ervoor kiest een broadcast-publicatiepunt te maken.
Zie Soorten publicatiepunten in de Help van Windows Media Services voor
meer informatie over publicatiepunten van het soort
Met unicast broadcast maakt de server een afzonderlijke verbinding met elke client. Als gevolg hiervan kan unicast-bezorging een grote hoeveelheid netwerkbandbreedte verbruiken. Het bezorgen van dezelfde inhoud bij 100 clients tegelijkertijd verbruikt 100 keer zoveel netwerkbandbreedte als het bezorgen van de inhoud bij één client. Voor unicast-bezorging is echter geen enkele configuratie van netwerkrouters en -switches vereist. De stappen die u moet uitvoeren om op deze manier een publicatiepunt te configureren zijn vergelijkbaar met de stappen die in Gebruik uw server voor het publiceren van live inhoud vanuit Windows Media Encoder in de Help van Windows Media Services worden beschreven. Zie Inhoud leveren als unicast-gegevensstroom in de Help van Windows Media Services voor meer informatie over unicast-bezorging.
Met multicast broadcast maakt de server met geen enkele client verbinding. In plaats daarvan bezorgt de server de inhoud op een IP-adres klasse D op het netwerk en kunnen alle clients op het netwerk de inhoud ontvangen. Dit bespaart netwerkbandbreedte. Een multicast-bezorging bij 100 clients verbruikt bijvoorbeeld net zo weinig bandbreedte als een bezorging bij één client. Veel netwerken ondersteunen echter standaard geen multicast-bezorging. Voor het ondersteunen van multicast-bezorging moeten de netwerkrouters en -switches tussen de server en de clients worden geconfigureerd om IP-adressen van klasse D te verzenden en multicast-informatiepakketten te interpreteren. De stappen die u moet uitvoeren om op deze manier een publicatiepunt te configureren zijn vergelijkbaar met de stappen die in Gebruik uw server voor het uitzenden van een gegevensstroom die is gepubliceerd door Windows Media Encoder in de Help van Windows Media Services worden beschreven. Zie Inhoud leveren als multicast-gegevensstroom in de Help van Windows Media Services voor meer informatie over multicast-bezorging.
Als u de functie van server voor mediagegevensstromen wilt verwijderen, kunt u de wizard Deze server configureren op een van de volgende manieren opnieuw starten:
Klik op de pagina Rol van server op Server voor mediagegevensstromen en klik op Volgende. Bekijk op de pagina Verwijderen van functie bevestigen de items onder Samenvatting, schakel het selectievakje Rol van server voor mediagegevensstromen verwijderen in en klik vervolgens op Volgende. Nadat u op Volgende hebt geklikt, wordt de pagina Onderdelen configureren van de wizard Windows-onderdelen weergegeven en automatisch weer afgesloten. U kunt op deze pagina niet op Vorige of Volgende klikken. Klik op de pagina De functie van server voor mediagegevensstromen is verwijderd op Voltooien.
U hebt tot dusver Windows Media Services geïnstalleerd. Met de installatie is Windows Media Services aan de server toegevoegd, zijn de Help-bestanden geïnstalleerd en zijn er twee publicatiepunten gemaakt met voorbeeldinhoud.
In de volgende tabel worden enkele van de aanvullende taken beschreven die u kunt uitvoeren op de server voor mediagegevensstromen.
Taken |
Doel van de taak |
Naslag |
---|---|---|
Beveiligingsopties configureren. |
De toegang beheren tot de server voor mediagegevensstromen en de inhoud ervan. |
Beveiligingsopties configureren in de Help van Windows Media Services |
De rondleiding volgen. |
Meer lezen over de mogelijkheden van Windows Media Services. |
Klik op Start, op Uitvoeren en typ vervolgens |
Termen en begrippen van mediagegevensstromen bekijken. |
Vertrouwd raken met concepten van mediagegevensstromen als unicast en multicast, |
Concepten in de Help van Windows Media Services |
Bepalen hoe veel servers voor mediagegevensstromen u nodig hebt. |
Van te voren bepalen hoeveel servers u moet installeren. |
Een systeem voor mediagegevensstromen instellen, Capaciteitsplanning in de Help van Windows Media Services |
Conflicten met de seriële poort identificeren. |
Problemen voorkomen wanneer Windows Media Services dezelfde TCP-poort probeert te gebruiken als een webserver. |
Stroomsgewijze HTTP en andere services op dezelfde computer gebruiken in de Help van Windows Media Services |
Instructies doorlezen over het opwaarderen van een eerdere versie van Windows Media Services. |
Ervoor zorgen dat u weet hoe u andere servers waarop eerdere versies van Windows Media Services worden uitgevoerd, kunt opwaarderen. |
Windows Media Services bijwerken in de Help van Windows Media Services |
De Windows Audio-service activeren. |
Bij een nieuwe installatie van |
Een service voor een hardwareprofiel in- of uitschakelen |
De interface voor lokaal beheer van Windows Media Services starten. |
De server voor mediagegevensstromen configureren. |
Klik op Start, op Uitvoeren en typ vervolgens |
De server voor mediagegevensstromen beheren. |
De server voor mediagegevensstromen configureren om inhoud via een intranet of het Internet te verzenden. Voordat u inhoud gaat verzenden, moet u de instellingen configureren voor de server waarop Windows Media Services wordt uitgevoerd, publicatiepunten toevoegen en configureren en de inhoud instellen. |
De Windows Media-server beheren in de Help van Windows Media Services |
Gegevens en gebeurtenissen in een logboek registreren. |
De activiteiten van clients die verbinding maken met uw inhoud registreren. |
Gegevens en gebeurtenissen in een logboek vastleggen in de Help van Windows Media Services |
Inhoud beheren en produceren. |
De methoden voor en prioriteiten van het beheren van inhoud zullen per project verschillen. Dit heeft te maken met verschillende factoren, zoals het soort publiek, het soort inhoud, de beschikbare apparatuur en de ervaring in distributie. |
Inhoud beheren en produceren in de Help van Windows Media Services |
Besluiten hoe de inhoud van het Windows Media-coderingsprogramma moet worden opgehaald. |
Bepalen of het coderingsprogramma moet worden geconfigureerd om een gegevensstroom naar de server te verzenden (push), of de server moet worden geconfigureerd om een gegevensstroom van het coderingsprogramma op te halen (pull). |
Brongegevens verzenden vanaf een coderingsprogramma in de Help van Windows Media Services. |
Een cache-/proxy-systeem implementeren. |
De meest recente gegevensstroominhoud opslaan, zodat deze kan worden gebruikt door andere clients die naar hetzelfde materiaal zoeken. Tijdens live-uitzendingen kunnen cache-/proxyservers een taak uitvoeren die stroomsplitsing wordt genoemd en waarmee een groot aantal unicast-clients inhoud kunnen ontvangen, terwijl maar een enkele stroom vanaf de oorspronkelijke server wordt verzonden. |
Een cache-/proxysysteem implementeren in de Help van Windows Media Services |