Functie van e-mailserver: een e-mailserver configureren
Configureer deze computer als een e-mailserver om E-mailservices te
installeren, waarmee het verzenden en ophalen van e-mail mogelijk
wordt gemaakt. E-mailservices omvat de POP3-service voor het
ophalen van e-mail en de SMTP-service voor het verzenden van
e-mail. Beheerders kunnen de POP3-service gebruiken om e-mailaccounts
op de e-mailserver op te slaan en te beheren. Nadat u de computer als een
e-mailserver hebt geconfigureerd, kunnen gebruikers met een e-mailclient
die het POP3-protocol ondersteunt (zoals Microsoft Outlook) verbinding maken met
de e-mailserver en hun e-mail naar de lokale computer ophalen.
In dit onderwerp wordt uitgelegd hoe u de wizard Deze server configureren
gebruikt om E-mailservices te installeren en te configureren. Nadat
u de wizard Deze server configureren hebt uitgevoerd, moet u aanvullende
vereiste stappen uitvoeren om postvakken te maken. Nadat u de wizard Deze server
configureren hebt voltooid en de benodigde postvakken hebt gemaakt, beschikt u
over een volledig functionerende e-mailserver.
U kunt zowel
lidservers als
zelfstandige servers als e-mailserver configureren. De
standaardverificatiemethode en de beschikbare verificatiemethoden zullen dan wel
verschillen. Zie Voordat u begint en
POP3-service configureren voor meer informatie
over de standaardverificatiemethoden en de beschikbare verificatiemethoden.
In deze sectie komen de volgende onderwerpen aan bod:
Voordat u begint
De e-mailserver configureren
Volgende stappen: aanvullende taken
uitvoeren
Voordat u de computer als e-mailserver configureert, moet u de volgende
punten controleren:
- De computer waarop u e-mailservices wilt installeren, heeft
een werkende Internet-verbinding.
- Er is een NTFS-partitie beschikbaar. Met een NTFS-partititie profiteert
u van de extra beveiliging door het instellen van schijfquota. Zie
Schijfquota configureren voor de POP3-service voor meer informatie over
schijfquota.
- U hebt een geregistreerde e-maildomeinnaam. Neem contact op
met uw Internet-provider voor hulp bij het registreren van een e-maildomeinnaam.
- Er bestaat een MX-bronrecord voor uw e-maildomeinnaam en
deze komt overeen met de naam van de server. Neem contact op met uw
Internet-provider voor informatie over het maken van een MX-record.
- De server is geconfigureerd voor statische adressering. Neem contact op
met uw Internet-provider voor meer informatie over het configureren van de
server voor statische adressering. Zie
TCP/IP configureren voor statische adressering voor meer informatie over
het configureren van een statisch IP-adres voor uw e-mailserver.
De volgende tabel bevat de informatie die u nodig hebt voordat u de functie
van e-mailserver kunt toevoegen.
|
Voordat u de functie van e-mailserver toevoegt |
Opmerkingen |
|
Bepaal het juiste beveiligingsniveau voor de server. |
Een server met deze functie kan het doelwit zijn van onbevoegden vanwege de verbinding met het Internet en andere netwerken. U wordt geadviseerd om, voordat u de server in een productieomgeving plaatst, beveiligingsmaatregelen als firewalls en Internet Protocol security (IPSec) te implementeren om de beveiliging van deze server te kunnen garanderen. Zie Internet Protocol security (IPSec) en Het netwerk beveiligen met een eenvoudige firewall voor meer informatie. |
|
Bepaal welke verificatiemethode het meest geschikt is voor uw configuratie. |
U moet een verificatiemethode kiezen voordat u e-mail domeinen op de e-mailserver maakt. De verificatiemethode kan alleen worden gewijzigd als er geen e-maildomeinen op de e-mailserver aanwezig zijn.
Als de computer die u als e-mailserver configureert een lidserver of een domeincontroller is, worden de verificatiemethode-instellingen automatisch ingesteld op verificatie via Active Directory. Anders worden de instellingen standaard ingesteld op verificatie via lokale Windows-accounts. |
|
Controleer of u een geregistreerde e-maildomeinnaam hebt. |
De naam van het e-maildomein moet een geregistreerde domeinnaam zijn en deze moet overeenkomen met de MX-record (Mail eXchanger) die door uw Internet-provider is gemaakt. Neem contact op met uw Internet-provider voor hulp bij het registreren van een domeinnaam als u nog geen e-maildomeinnaam hebt.
Opmerking
|
Als u een e-mailserver wilt configureren, kunt u de wizard Deze server
configureren op een van de volgende manieren starten:
- Klik in Deze server beheren op Functie toevoegen of verwijderen.
Deze server beheren wordt standaard automatisch gestart als u zich aanmeldt.
U opent Deze server beheren als volgt: klik op Start, klik op
Configuratiescherm, dubbelklik op Systeembeheer en dubbelklik op
Deze server beheren.
- U opent de wizard Deze server configureren als volgt: klik op
Start, klik op Configuratiescherm, dubbelklik op Systeembeheer
en dubbelklik op Wizard Deze server configureren.
Klik op de pagina Functie server op E-mailserver (POP3, SMTP)
en klik op Volgende.
In deze sectie vindt u informatie over het volgende:
POP3-service configureren
Samenvatting van gemaakte keuzes
De wizard Deze server configureren
Postvakken maken
De functie van e-mailserver verwijderen
Klik op de pagina
POP3-service configureren onder
Verificatiemethode op de methode die geschikt is voor uw distributie. De
verificatiemethoden in de volgende tabel worden door de
Windows
Server 2003-familie ondersteund.
|
Gebruik deze verificatiemethode |
In dit geval |
|
Lokale Windows-accounts |
Uw e-mailserver is geen Active Directory-lidserver en u wilt gebruikersaccounts opslaan op de server waarop de POP3-service is geïnstalleerd. |
|
Geïntegreerd met Active Directory |
Uw e-mailserver is een domeincontroller of een lidserver. |
|
Gecodeerd wachtwoordbestand |
Uw e-mailserver maakt geen gebruik van Active Directory of u wilt geen gebruikersaccounts voor de POP3-service op de lokale computer hebben. |
Welke verificatiemethoden beschikbaar zijn, is afhankelijk van de
configuratie van uw server:
- Als de computer waarop de POP3-service wordt uitgevoerd een
lidserver in een Active Directory-domein is, zijn alledrie de
verificatiemethoden beschikbaar.
- Als de computer waarop de POP3-service wordt uitgevoerd een
domeincontroller is, zijn de geïntegreerde verficatie van Active
Directory en verificatie met een gecodeerd wachtwoordbestand beschikbaar
als verificatiemethoden.
- Anders zijn verificatie via lokale Windows-accounts en verificatie
via gecodeerde wachtwoordbestanden de beschikbare verificatiemethoden.
Typ onder E-maildomeinnaam uw geregistreerde e-maildomeinnaam.
U kunt later extra e-maildomeinen maken met behulp van de
module POP3-service of het opdrachtregelprogramma Winpop.
Als u klaar bent, klikt u op Volgende.
Bekijk en bevestig de opties die u hebt geselecteerd op de pagina
Samenvatting van gemaakte keuzes. Als u
E-mailserver (POP3, SMTP)
hebt geselecteerd op de pagina
Functie van server wordt het volgende
weergegeven:
- Installeer POP3 en SMTP (Simple Mail Transfer Protocol) zodat
POP3-e-mailclients e-mail kunnen verzenden en ontvangen
Klik op Volgende om de selecties op de pagina Samenvatting van
gemaakte keuzes toe te passen. Nadat u op Volgende hebt geklikt,
wordt de pagina Onderdelen configureren van de wizard
Windows-onderdelen weergegeven en automatisch weer afgesloten. U kunt op
deze pagina niet op Vorige of Volgende klikken.
Nadat de onderdelen zijn geconfigureerd, geeft de wizard Deze server
configureren de pagina
Deze server is nu een e-mailserver weer. Klik
op
Logboek Deze server configureren om alle wijzigingen die door de
wizard Deze server configureren zijn doorgevoerd te bekijken of om te
controleren dat er een nieuwe functie is geïnstalleerd. Het logboek Deze
server configureren bevindt zich op
systemroot\Debug\Configure Your
Server.log. Klik op
Voltooien om de wizard Deze server configureren
te sluiten.
In dit stadium hebt u een volledig functionerende
e-mailserver, maar u moet ook postvakken maken voor alle gebruikers in het
domein die e-mail gaan verzenden en ontvangen. Zonder
postvakken kunnen gebruikers namelijk geen e-mail verzenden of
ontvangen.
Elke gebruiker moet een uniek postvak hebben in het
e-maildomein
om
e-mail te kunnen ontvangen. U kunt postvakken maken met de
module MMC van de POP3-service of vanaf de opdrachtregel. Deze procedure
maakt gebruik van de module MMC van de POP3-service. Zie
Winpop voor meer
informatie over het maken van postvakken of het beheren van de POP3-service
vanaf de opdrachtregel. Zie
Een postvak maken voor meer informatie over het maken van postvakken.
|
Stap |
Opmerkingen |
|
Open de module MMC van de POP3-service. |
U opent de module POP3-service als volgt: klik op Start, klik op Configuratiescherm, dubbelklik op Systeembeheer en dubbelklik op POP3-service.
Opmerkingen
-
U kunt deze procedure alleen uitvoeren als u lid bent van de groep Administrators op de lokale computer of als de benodigde bevoegdheid aan u is overgedragen. Als de computer deel uitmaakt van een domein, kunnen leden van de groep Domeinadministrators deze procedure mogelijk ook uitvoeren. Uit veiligheidsoverwegingen kunt u deze procedure beter altijd uitvoeren met Uitvoeren als.
-
Als u geïntegreerde verificatie van Active Directory gebruikt, kunt u deze procedure alleen uitvoeren als u bent aangemeld bij het Active Directory-domein in plaats van op de lokale computer.
|
|
Maak een of meer postvakken. |
Selecteer in de consolestructuur het e-maildomein dat u in de wizard Deze server configureren hebt opgegeven (bijvoorbeeld voorbeeld.com). Klik met de rechtermuisknop op het e-maildomein, klik op Nieuw en klik vervolgens op Postvak. Geef de volgende informatie op:
-
Naam van postvak: de naam van het postvak. De maximumlengte voor een postvaknaam is 20 tekens voor verificatie via lokale Windows-accounts en 64 tekens voor verficatie via Active Directory en verificatie met een gecodeerd wachtwoordbestand. De minimumlengte is 1 teken.
-
Wachtwoord: het wachtwoord waarmee het postvak wordt geopend.
-
Wachtwoord bevestigen: typ het bij Wachtwoord opgegeven wachtwoord nogmaals.
Schakel het selectievakje Een bijbehorende gebruiker voor dit postvak maken in als u geïntegreerde verificatie van Active Directory of verificatie via lokale Windows-accounts gebruikt, tenzij er al een gebruikersaccount bestaat met dezelfde naam als het postvak dat u wilt maken. Als het selectievakje al is ingeschakeld, schakelt u het alleen uit als er al een bestaande account is met dezelfde naam als het postvak dat u wilt maken. |
Als u de server opnieuw moet configureren voor een andere functie, kunt u
bestaande serverfuncties verwijderen. Als u de functie van e-mailserver
verwijdert, maakt u ook de installatie van alle onderdelen van de
e-mailserver ongedaan, zoals de POP3-service en de SMTP-service. Nadat de
installatie van de onderdelen van de e-mailserver ongedaan is gemaakt,
kunnen gebruikers niet langer
e-mail verzenden of ontvangen via
deze server.
E-mail die op de computer is opgeslagen, ondergaat
geen invloed van het verwijderen van de functie van e-mailserver en blijft
opgeslagen in het e-mailarchief.
Als u de functie van e-mail-server wilt
verwijderen, kunt u de wizard Deze server configureren op een van de
volgende manieren opnieuw starten:
- Klik in Deze server beheren op Functie toevoegen of verwijderen.
Deze server beheren wordt standaard automatisch gestart als u zich
aanmeldt. U opent Deze server beheren als volgt: klik op Start,
klik op Configuratiescherm, dubbelklik op Systeembeheer en
dubbelklik op Deze server beheren.
- U opent de wizard Deze server configureren als volgt: klik op
Start, klik op Configuratiescherm, dubbelklik op
Systeembeheer en dubbelklik op Wizard Deze server configureren.
Klik op de pagina Functie van server op E-mailserver (POP3,
SMTP) en klik op Volgende. Bekijk op de pagina Verwijderen van
functie bevestigen de items onder Samenvatting, schakel het
selectievakje Functie van e-mailserver verwijderen in en klik
vervolgens op Volgende. Nadat u op Volgende hebt geklikt,
wordt de pagina Onderdelen configureren van de wizard
Windows-onderdelen weergegeven en automatisch weer afgesloten. U kunt op
deze pagina niet op Vorige of Volgende klikken. Klik op de
pagina De functie van e-mailserver is verwijderd op Voltooien.
Nadat u de wizard Deze server configureren hebt voltooid en postvakken hebt
gemaakt, kunt u de computer nu gaan gebruiken als een e-mailserver. U hebt tot
dusver de volgende taken uitgevoerd:
- De POP3-service en de SMTP-service geïnstalleerd.
- De POP3-service voor een verificatiemethode geconfigureerd.
- Een e-maildomein gemaakt.
- Postvakken gemaakt.
De wizard Deze server configureren installeert automatisch de module MMC van
de POP3-service, die u gebruikt om de e-mailserver te beheren. U opent de
module POP3-service als volgt: klik op Start, klik op
Configuratiescherm, dubbelklik op Systeembeheer en dubbelklik op
POP3-service.
In de volgende tabel worden aanvullende taken beschreven die u kunt uitvoeren
op de e-mailserver.
|
Bewerking |
Doel van de taak |
Naslag |
|
De procedure voor het configureren van e-mailclients die kunnen worden gebruikt op de e-mailserver beschikbaar maken voor gebruikers. |
De e-mailclient van de gebruiker moet specifiek voor de e-mailserver zijn geconfigureerd om verbinding te kunnen maken met de e-mailserver. |
E-mailclients configureren |
|
Schijfquota implementeren. |
Schijfquota zorgen ervoor dat het e-mailarchief niet bovenmatig of onverwacht veel schijfruimte in beslag neemt, wat een negatief effect zou kunnen hebben op de prestaties van de server waarop de POP3-service wordt uitgevoerd. Voor het implementeren van schijfquota moet u over een NTFS-partitie beschikken. NTFS-partities bieden meer beveiliging voor mappen, waardoor e-mail die op de lokale vaste schijf is opgeslagen beter wordt beschermd.
|
Schijfquota configureren voor de POP3-service |
|
De e-mailserver zo configureren dat beveiligde e-mailclientverificatie vereist is. |
De POP3-service ondersteunt beveiligd-wachtwoordverificatie voor geïntegreerde verificatie van Active Directory en verificatie via lokale Windows-accounts. Beveiligd-wachtwoordverificatie vereist dat alle e-mailclients zowel de gebruikersnaam als het wachtwoord versturen via beveiligde verificatie. Beveiligd-wachtwoordverificatie is veiliger dan de standaardinstelling van niet-gecodeerde wachtwoorden en wordt daarom aanbevolen. Beveiligd-wachtwoordverificatie moet zowel worden geconfigureerd op de server waarop de e-mailservices worden uitgevoerd als op alle e-mailclients die verbinding maken met de e-mailserver. |
De e-mailserver zo configureren dat beveiligd-wachtwoordverificatie vereist is; Outlook Express configureren voor beveiligd-wachtwoordverificatie |